Voorne Gas B.V. vult gasflessen en slaat deze op. Dit maakt het bedrijf verplicht een explosieveiligheidsdocument op te stellen. Deze is opgesteld door KRWmilieu waarmee de veiligheidszones zijn bepaald en gerealiseerd.
Een bedrijf kan verplicht worden een onderzoek naar de explosieveiligheid uit te voeren. Bijvoorbeeld bij het uitvoeren van werkzaamheden waar explosieve mengels ontstaan. De resultaten van zo’n onderzoek worden vastgelegd in een explosieveiligheidsdocument (EVD).
De basis van deze verplichting ligt in Arbo wetgeving en is verder uitgewerkt in zogenaamde ATEX-richtlijnen. Voor wat betreft de explosieve atmosfeer zijn er twee mogelijkheden: ofwel een mengsel met lucht en gasdeeltjes of een mengsel van stofdeeltjes en lucht (gevolg: stofexplosie). Laatst genoemde komt bijvoorbeeld voor bij houtbewerkers (houtmot) of voedingsindustrie (denk aan fijne poeders).
In het EVD wordt omschreven bij welke werkzaamheden explosie gevaar kan ontstaan en wat de kans daarop is. Die kans wordt bepaald door de condities maar ook door de frequentie van de werkzaamheden.
In het rapport worden ook de maatregelen omschreven welke het bedrijf neemt om een explosie te voorkomen. Dit zijn technische en organisatorische maatregelen. De indeling van het terrein van het bedrijf in verschillende zones is hier een onderdeel van. In bepaalde zones, waar een grote kans is op een explosieve atmosfeer, mogen geen bedrijfsactiviteiten zijn.
Alles bij elkaar geeft het EVD een beeld van de wijze waarop het bedrijf haar medewerkers (en de omgeving) beschermt, door de kans op een explosie tot een minimum te beperken. KRWmilieu maakt op basis van een bedrijfsbezoek en diverse interviews het EVD. Na bespreking van het concept kan deze worden ingediend bij het bevoegd gezag. Zodra het EVD officieel is goedgekeurd kunnen de zones binnen het bedrijf ‘in gebruik’ worden genomen.